Overslaan en naar de inhoud gaan
Fungicide

Pitcher®

Fungicide tegen Fusarium, Cylindrocladium, schurft, Botrytis, Penicillium en Rhizoctonia.

Pitcher

Algemene informatie

Pitcher®: Regie met slagkracht!

Voor boldompeling van bloembol- en -knolgewassen en de gewasbehandeling van bloemisterijgewassen, boomteelt, bloembol- en -knolgewassen (excl. tulp en lelie) en vaste planten.

Pitcher bevat de unieke combinatie van de actieve stoffen folpet en fludioxonil. Dit maakt Pitcher sterk tegen Fusarium (lelie en tulp), Cylindrocladium, schurft, Botrytis, Penicillium (lelie) en Rhizoctonia. 

Hiernaast kun je de flyer 'Pitcher flyer Fusarium' downloaden, met daarin alle informatie over bolontsmetting met Pitcher.

Pitcher® in een oogopslag

  • Pitcher is een vloeibaar product en goed mengbaar met andere fungiciden. Dat maakt het inzetten van Pitcher eenvoudig: regie met slagkracht!
Gewasinformatie

Wij hebben hieronder een aantal teelten uitgelicht. Kijk voor de toelating in alle gewassen, op het CTGB.

GEWAS TYPE TOEPASSING WERKZAAMHEID AANNEMELIJK TEGEN DOSERING MAX AANTAL TOEPASSINGEN (INTERVAL)
Gladiool, Hyacint, Lelie, Narcis m.u.v. grofbollige narcis, Iris, Krokus, Annemoon (onbedekte teelt) Dompelbehandeling  Zuur (Fusarium oxysporum) 1% (1 L per 100 L water) 1
Tulp (onbedekte teelt) Dompelbehandeling  Zuur, Rhizoctonia (Rhizoctonia solani) 1% (1 L per 100 L water) 1
Bloembollen en bloemknollen
m.u.v. tulp en lelie
(onbedekte
vermeerderingsteelt)
Gewasbehandeling  Vuur (Botrytis spp.) 1 L/ha 8 per 12
maanden
Bloembollen en bloemknollen
Allium, Muscari, Scilla, Freesia,
Zantedeschia
(onbedekte
vermeerderingsteelt)
Dompelbehandeling  Zuur  1% (1 L per 100 L water) 1 per teeltcyclus
Bolbloemen en knolbloemen
m.u.v. grofbollige narcis en
lelie
(niet-grondgebonden bedekte
bloementeelt)
Dompelbehandeling  Zuur  1% (1 L per 100 L water) 1 per teeltcyclus

Toelatingen per gewas

Bloembollen

Dompeling van het plangoed van de vermeerderingsteelt van tulp, lelie, gladiool, hyacint, narcis (m.u.v. grofbollige narcis), iris, krokus, anemoon, Allium, Muscari, Scilla, Freesia en Zantedeschia.

Dompeling van het plantgoed voor de bedekte bloementeelt van lelie, de niet-grondgebonden bedekte bloementeelt van bloembol- en bloemknogwassen (m.u.v. grofbollige narcis en lelie) en de grongebonden bedekte bloementeelt van tulp, iris en gladiool.

Gewasbehandeling van de onbedekte vermeerderingsteelt van bloembollen en bloemknollen, m.u.v. tulp en lelie.

Aantal toepassingen, doseringen en overige toepassingsvoorwaarden zie Ctgb

Bloemisterijgewassen en vaste planten

Gewasbehandeling van de onbedekte teelt van bloemisterijgewassen.

Gewasbehandeling van de niet-grondgebonden bedekte teelt en de onbedekte teelt van vaste planten.

Plantgoedbehandeling van de wortelstokken van de onbedekte vaste plantenteelt, inclusief Pioenen.  

Aantal toepassingen, doseringen en overige toepassingsvoorwaarden zie Ctgb

Boomkwekerijgewassen

Gewasbehandeling van Buxus (niet-grondgebonden bedekte teelt en onbedekte teelt), bos- en haagplantsoen, vruchtbomen en struiken, sierheesters inclusief rozen, coniferen en kerstbomen.

Aantal toepassingen, doseringen en overige toepassingsvoorwaarden zie Ctgb

Zaadteelt

Gewasbehandeling van de onbedekte bloemenzaadteelt en de bedekte veredeling en zaadteelt.

Aantal toepassingen, doseringen en overige toepassingsvoorwaarden zie Ctgb